Jonge ambtenaren steeds moeilijker te vinden

Bij de overheid werken weinig jongeren. Slechts 15% van de overheidswerknemers behoort tot deze groep, terwijl de arbeidsmarkt voor 28% uit jongeren bestaat. Nu er steeds minder jongeren beschikbaar komen voor de arbeidsmarkt, zal de overheid steeds meer moeite krijgen om deze groep aan te trekken. Naar goed ambtelijk gebruik heeft het ministerie van Binnenlandse Zaken het probleem laten onderzoeken. Maar is er ook een oplossing? "Diversiteit is belangrijk omdat de samenleving zich in haar overheid moet kunnen herkennen, hiermee komt vertrouwen in het functioneren van de overheid. Jongeren brengen bovendien vitaliteit, nieuwe ideeën, perspectieven en vaardigheden mee. Dit komt de kwaliteit van de dienstverlening ten goede", zei minister Guusje Ter Horst vorige week bij de viering van het tienjarig bestaan van een programma voor rijkstrainees. Achterstand op arbeidsmarkt De achterstand op de arbeidsmarkt lijkt voor de overheid echter nauwelijks nog in te halen. Het rapport 'Jong en Gewild' dat in opdracht van Guusje Ter Horst is geschreven, wijst op de gevolgen van vergrijzing en ontgroening. "De overheid gaat hiervan sneller grote problemen ondervinden dan de markt, omdat zij meer vergrijsd is. Dit geldt vooral voor de onderwijssectoren, waar de vergrijzing het verst is voortgeschreden", aldus het rapport. "Daarnaast wordt de kans op knelpunten bij de overheid vergroot doordat er hier relatief veel hoger opgeleiden werken. Aan de bovenkant van de arbeidsmarkt zijn namelijk aanzienlijk meer knelpunten te verwachten dan aan de onderkant." Meer dan helft hoogopgeleiden naar overheid Het rapport citeert een onderzoekscommissie die stelt dat om de klappen van de vergrijzing op te vangen, de overheid de komende tien jaar "meer dan de helft van de hoogopgeleide starters die tot de markt toetreden in dienst zal moeten nemen". Met zo'n analyse verwacht je stevige plannen om ervoor te zorgen dat onze kinderen goed onderwijs krijgen, iedereen zich veilig kan voelen en ons land goed wordt bestuurd. Aanbevelingen De aanbevelingen uit 'Jong en Gewild' sluiten helaas niet aan bij de urgentie uit de analyse: er moet een goed beleid komen, gericht op de werving en het behoud van jongeren voorkom dat jongeren na een tijdelijk contract hun heil elders zoeken of dat ze bij reorganisaties als eerste - vanwege het 'last in, first out'-principe moeten vertrekken maak in de werving gebruik van de zoekkanalen die jongeren gebruiken zorg voor een goede begeleiding van jong personeel verbeter de aansluiting tussen het opleidingsniveau van de jongeren en dat van de functie (de overheidswerkgevers onderschatten kennelijk het niveau en de werkdruk die jongeren aankunnen) verbeter de primaire arbeidsvoorwaarden voor jongeren voer exitgesprekken om erachter te komen waarom jongeren vertrekken. Minder tevreden over organisatie Opvallend is dat de onderzoekers geen conclusies trekken uit de verschillen tussen overheid en bedrijfsleven. Eerst maar even een belangrijke overeenkomst: werknemers bij de overheid en in het bedrijfsleven zijn ongeveer even tevreden met hun baan. Wat vooral frappeert is dat overheidswerknemers minder tevreden zijn over de organisatie waar ze werken dan de werknemers in het bedrijfsleven. Van de jongeren is 56% "tamelijk of zeer tevreden" over de overheidsorganisatie waar ze werken. Voor jongeren in het bedrijfsleven is dit 64%. Overigens doen zich hier grote verschillen voor tussen de verschillende sectoren. Bij onderzoeksinstellingen en de rechterlijke macht is 70% van de jongeren tevreden over de organisatie waar ze werken, bij Defensie ligt dit op 49%, bij de ministeries op 50%. Overigens geldt voor alle leeftijdsgroepen bij de overheid dat zij minder tevreden over hun werkgever zijn dan de werknemers in het bedrijfsleven. Waar zou dat aan liggen?

Bij de overheid werken weinig jongeren. Slechts 15% van de overheidswerknemers behoort tot deze groep, terwijl de arbeidsmarkt voor 28% uit jongeren bestaat. Nu er steeds minder jongeren beschikbaar komen voor de arbeidsmarkt, zal de overheid steeds meer moeite krijgen om deze groep aan te trekken.
Naar goed ambtelijk gebruik heeft het ministerie van Binnenlandse Zaken het probleem laten onderzoeken. Maar is er ook een oplossing?

"Diversiteit is belangrijk omdat de samenleving zich in haar overheid moet kunnen herkennen, hiermee komt vertrouwen in het functioneren van de overheid. Jongeren brengen bovendien vitaliteit, nieuwe ideeën, perspectieven en vaardigheden mee. Dit komt de kwaliteit van de dienstverlening ten goede", zei minister Guusje Ter Horst vorige week bij de viering van het tienjarig bestaan van een programma voor rijkstrainees.

Achterstand op arbeidsmarkt
De achterstand op de arbeidsmarkt lijkt voor de overheid echter nauwelijks nog in te halen. Het rapport 'Jong en Gewild' dat in opdracht van Guusje Ter Horst is geschreven, wijst op de gevolgen van vergrijzing en ontgroening.
"De overheid gaat hiervan sneller grote problemen ondervinden dan de markt, omdat zij meer vergrijsd is. Dit geldt vooral voor de onderwijssectoren, waar de vergrijzing het verst is voortgeschreden", aldus het rapport. "Daarnaast wordt de kans op knelpunten bij de overheid vergroot doordat er hier relatief veel hoger opgeleiden werken. Aan de bovenkant van de arbeidsmarkt zijn namelijk aanzienlijk meer knelpunten te verwachten dan aan de onderkant."

Meer dan helft hoogopgeleiden naar overheid
Het rapport citeert een onderzoekscommissie die stelt dat om de klappen van de vergrijzing op te vangen, de overheid de komende tien jaar "meer dan de helft van de hoogopgeleide starters die tot de markt toetreden in dienst zal moeten nemen".

Met zo'n analyse verwacht je stevige plannen om ervoor te zorgen dat onze kinderen goed onderwijs krijgen, iedereen zich veilig kan voelen en ons land goed wordt bestuurd.

Aanbevelingen
De aanbevelingen uit 'Jong en Gewild' sluiten helaas niet aan bij de urgentie uit de analyse:

  • er moet een goed beleid komen, gericht op de werving en het behoud van jongeren

  • voorkom dat jongeren na een tijdelijk contract hun heil elders zoeken of dat ze bij reorganisaties als eerste - vanwege het 'last in, first out'-principe moeten vertrekken

  • maak in de werving gebruik van de zoekkanalen die jongeren gebruiken

  • zorg voor een goede begeleiding van jong personeel

  • verbeter de aansluiting tussen het opleidingsniveau van de jongeren en dat van de functie (de overheidswerkgevers onderschatten kennelijk het niveau en de werkdruk die jongeren aankunnen)

  • verbeter de primaire arbeidsvoorwaarden voor jongeren

  • voer exitgesprekken om erachter te komen waarom jongeren vertrekken.
  • Minder tevreden over organisatie
    Opvallend is dat de onderzoekers geen conclusies trekken uit de verschillen tussen overheid en bedrijfsleven. Eerst maar even een belangrijke overeenkomst: werknemers bij de overheid en in het bedrijfsleven zijn ongeveer even tevreden met hun baan.

    Wat vooral frappeert is dat overheidswerknemers minder tevreden zijn over de organisatie waar ze werken dan de werknemers in het bedrijfsleven. Van de jongeren is 56% "tamelijk of zeer tevreden" over de overheidsorganisatie waar ze werken. Voor jongeren in het bedrijfsleven is dit 64%.

    Overigens doen zich hier grote verschillen voor tussen de verschillende sectoren. Bij onderzoeksinstellingen en de rechterlijke macht is 70% van de jongeren tevreden over de organisatie waar ze werken, bij Defensie ligt dit op 49%, bij de ministeries op 50%.

    Overigens geldt voor alle leeftijdsgroepen bij de overheid dat zij minder tevreden over hun werkgever zijn dan de werknemers in het bedrijfsleven. Waar zou dat aan liggen?

    Doorsturen:

    Neem een abonnement en download meer dan 300 actuele HR-instrumenten

    Wilt u als HR-professional ook niks meer missen op uw vakgebied?