Nieuw HR-jargon: PPI-pensioen

Sinds kort hebben de de traditionele pensioenfondsen en verzekeraars te maken met nieuwe concurrenten: premie pensioeninstellingen (PPI). Deze bedrijven bieden een service waarbij relatief goedkoop een pensioenbedrag bij elkaar kan worden belegd/gespaard. Voor de werkgever staat de premiebijdrage vast, voor de werknemer is de hoogte van het uiteindelijk pensioen onzeker.

Sinds kort hebben de de traditionele pensioenfondsen en verzekeraars te maken met nieuwe concurrenten: premie pensioeninstellingen (PPI).
Deze bedrijven bieden een service waarbij relatief goedkoop een pensioenbedrag bij elkaar kan worden belegd/gespaard. Voor de werkgever staat de premiebijdrage vast, voor de werknemer is de hoogte van het uiteindelijke pensioen onzeker.

De term PPI is nieuw, maar de pensioenregeling die deze instellingen aanbieden niet.
In hoofdlijnen zijn er twee soorten pensioenregelingen: gebaseerd op de uitkering (de middelloon- en eindloon-regeling) of op de betaalde premie (de beschikbare premieregeling).
Bij middelloon- en eindloonregelingen weten werknemers doorgaans welk pensioen zij kunnen verwachten als zij stoppen met werken. Al is die zekerheid minder groot dan we aanvankelijk dachten. Dat blijkt bijvoorbeeld uit de huidige economische recessie waarbij pensioenfondsen noodgedwongen hun pensioenen moeten verlagen, het zogenoemde afstempelen.

PPI: alleen beschikbare premie
De premie pensioeninstellingen (PPI) bestaan sinds vorig jaar. Zij mogen alleen beschikbare premieregelingen uitvoeren. Interessant aan deze nieuwe instellingen is echter dat zij dit grensoverschrijdend in heel Europa mogen doen.
Een PPI mag geen risico's verzekeren en mag ook geen garanties afgeven over de pensioenopbrengst. Aan een PPI worden dan ook andere financiële eisen gesteld dan aan een pensioenfonds of een verzekeraar.

Casinopensioen
Een beschikbare premieregeling houdt in dat de werkgever/werknemer een vaste premie betaalt op basis waarvan een instelling als een PPI het geld belegt/spaart. Het bedrag dat de werknemer op het tijdstip van pensionering krijgt, is afhankelijk van de beleggings- en spaaropbrengst. Tegenstanders van deze regeling spreken daarom van een casinopensioen.
De werknemer krijgt op de dag van zijn pensionering de dagwaarde, waarmee hij zijn pensioen inkoopt via een lijfrente bij een verzekeraar.

Een beschikbare premieregeling bij een PPI is kaal. Dat wil zeggen dat er is niks geregeld voor het nabestaandenpensioen of voor een premievrijstelling bij arbeidsongeschiktheid. Bedrijven of werknemers die dat willen regelen, moeten hiervoor naar een verzekeraar.
Tegenover het ontbreken van garanties (en dus de onzekerheid voor de werknemer) staat dat de ingelegde premies alleen ten goede komen van de individuele werknemer waarvoor ze zijn bedoeld. Er hoeven geen pensioenen van anderen mee te worden gefinancierd. En omdat een PPI lage uitvoeringskosten heeft, blijft er meer geld over om te beleggen/sparen.

Kleine bedrijven
Op dit moment zijn alleen nog kleine bedrijven aangesloten bij een PPI-dienstverlener.

Nu de 'vaste' middelloon- en eindloonregelingen minder zeker zijn dan vooraf gedacht en werkgevers worden gevraagd om bij te storten in de pensioenkassen, zal de belangstelling voor een PPI-pensioen alleen maar toenemen.

Doorsturen:

Neem een abonnement en download meer dan 300 actuele HR-instrumenten

Wilt u als HR-professional ook niks meer missen op uw vakgebied?